woensdag 17 juli 2013

Twee velletjes papier (over lichaamsbesef).

Twee velletjes papier. Gewoon van die witte, niets bijzonders. Dat is waaruit ik, als ik een goede dag heb, besta. Nee, niet letterlijk natuurlijk maar figuurlijk gesproken wel. Twee velletjes papier die boven elkaar zweven met niets ertussen. Geen voor- en geen achterkant. Dat is wat ik voor beeld krijg als iemand mij op een goede dag vraagt of ik mijn lijf kan voelen. Wat ik dan op een minder goede of slechte dag voel? Simpel, helemaal niets! Ik heb namelijk een verminderd tot geen lichaamsbesef. Iets waar een hoop mensen zich niets bij kunnen voorstellen.

Ik woon dus in mijn hoofd zoals ze wel eens zeggen. En dat levert problemen op. Je kunt immers niet alleen in je hoofd wonen. Wil je je prettig voelen dat zul je ook een verbinding moeten hebben met je lijf. Je zult moeten weten wat je lijf doet en hoe het zich voelt. En je lijf moet weten hoe het met je hoofd is.
Je zou kunnen stellen dat mijn hoofd en mijn lijf niet met elkaar verbonden zijn. Het is in wezen zoiets als een eettafel hebben terwijl de bijbehorende stoelen in een andere kamer staan. Ze kunnen los van elkaar functioneren maar samen is een stuk praktischer als je wilt eten bijvoorbeeld. Dat geldt dus ook voor je hoofd en je lijf.

Doordat die twee bij mij niet voldoende verbonden zijn weten ze ook niet goed van elkaar wat ze doen. Dat geeft problemen.Ik voel niet hoe gespannen ik ben. Daarbij spant mijn lijf zich als het ware constant aan omdat het op zoek is naar een grens. Ik had tot een paar jaar geleden ook geen idee hoe ontspanning voelde. Ik vind het ook heel moeilijk om goed te voelen. Bijvoorbeeld welke spieren ik aanspan. Of om te weten welke spieren ik aan moet spannen om een bepaalde beweging voor elkaar te krijgen.
Op de dagen/momenten dat ik geen lichaamsbesef heb, heb ik het gevoel dat ik permanent in het luchtledige zweef. Ik ervaar dan een hoop onrust en soms ook paniek. Ik ga dan nog meer op zoek naar prikkels die mij lichaamsbesef kunnen geven. Want die zijn er gelukkig.

In de afgelopen jaren leerde ik wat werkt voor mij. Elke nacht slaap ik onder een ballendeken. Buiten dat ik sinds ik deze deken heb veel beter slaap, lukt het me hierdoor elke morgen te beginnen met lichaamsbesef. Soms maar heel even en is het weg zodra ik mijn bed uit ben. De deken zorgt er in elk geval voor dat mij minimaal 8 uur per dag "verteld" wordt dat ik een lijf heb.
Ik ben ook in het bezit van een verzwaringsvest. In mijn geval het vest van Protac. Het vest zet ik in als de situatie daar om vraagt. Ik heb bijvoorbeeld ook manchetten voor mijn polsen en enkels. Die kan ik ook naar behoeven inzetten. En wat bij mij heel goed werkt is een massage en paardrijden. Al deze dingen samen hebben voor mij, vanuit mijn perspectief gezien , een grote verbetering gebracht.

Ik ben zeker niet uniek hierin. Alleen ik had geen weet van dit probleem totdat ik bij mijn ergo-/s.i.-therapeute terecht kwam. Ik kon er ook geen weet van hebben want ik had geen vergelijkingsmateriaal. Het heeft letterlijk meer als een jaar geduurd voor ik ook maar iets van lichaamsbesef kon vasthouden. Daarbij heeft het mij letterlijk en figuurlijk een hoop pijn en moeite gekost. En dat kost het nog want ik ben zeker nog niet uitgeleerd op dit punt. Er valt nog winst te behalen. Toch loont het de voor mij ontzettend de moeite!

Op de momenten dat er lichaamsbesef is ervaar ik meer rust en kan daardoor zelfs echt ontspanning ervaren. Dat laatste is voor mij iets waar ik ontzettend van kan genieten. Juist omdat die moment in verhouding erg weinig voorkomen. Het hebben van lichaamsbesef geeft mij meer het geval dat ik er ben. Dat ik besta. En dat is prettig. Het zijn juist deze dingen die mijn leven weer een stukje prettiger maken.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten