Twee velletjes papier. Gewoon van die witte, niets bijzonders. Dat is waaruit ik, als ik een goede dag heb, besta. Nee, niet letterlijk natuurlijk maar figuurlijk gesproken wel. Twee velletjes papier die boven elkaar zweven met niets ertussen. Geen voor- en geen achterkant. Dat is wat ik voor beeld krijg als iemand mij op een goede dag vraagt of ik mijn lijf kan voelen. Wat ik dan op een minder goede of slechte dag voel? Simpel, helemaal niets! Ik heb namelijk een verminderd tot geen lichaamsbesef. Iets waar een hoop mensen zich niets bij kunnen voorstellen.